Lees verder

Short Range Devices

Onder Short Range Devices vallen een groot aantal toepassingen die als gemeenschappelijk kenmerk hebben dat ze werken met een relatief laag vermogen en dat voor het gebruik van de apparatuur geen vergunning is vereist. Aan de te gebruiken apparatuur worden alleen enkele eisen gesteld ten aanzien van de antenne, het zendvermogen, het percentage van de tijd dat de zender aan staat (de duty cycle) en de bandbreedte die het signaal inneemt.

Onder Short Range Devices vallen heel uiteenlopende toepassingen, zoals: afstandsbedieningen, draadloze koptelefoons, babyfoons, sociale alarmeringsystemen, antidiefstalpoortjes, de magnetron, modelbesturing en elektronische identificatie.

Voor de toewijzing van frequentiebanden zijn de toepassingen onderverdeeld in verschillende categorieën. Deze indeling is Europees afgesproken en neergelegd in CEPT Recommendation 70-03. De categorieën worden hieronder toegelicht.

Naast de besproken categorieën zijn er nog twee banden (2,275 en 457 kHz) toegewezen voor het detecteren van lawineslachtoffers. Deze toepassing is echter niet relevant voor Nederland.

Een aparte plaats wordt verder nog ingenomen door ISM. Dit is het gebruik van frequentiespectrum voor niet-telecommunicatietoepassingen.

Terug naar boven.

 
© Peter Anker, Gids in Frequentieland.