GSM nummering

Een GSM nummer bestaat in feite uit een tweetal onderdelen. Het telefoonnummer dat bij het toestel wordt uitgereikt is een MS-ISDN nummer dat net als de telefoonummers (PSTN- en ISDN-nummers) volgens ITU-T Aanbeveling E.164 wordt vastgesteld. De opbouw van dit nummer is getekend in onderstaande afbeelding.

Opbouw van een mobiel telefoonnummer (MS-ISDN nummer).

De National Destination Code (NDC) geeft aan dat het om een mobiel nummer gaat. In Nederland beginnen alle mobiele GSM nummers met 06  1 of 06  2 of 06 5. De eerste digits van het abonneenummer worden gebruikt om aan te geven wat de relevante HLR van de abonnee binnen diens netwerk (PLMN) is. Het MS-ISDN nummer is dus een verwijzing naar een record in de HLR.

Binnen GSM wordt gebruik gemaakt van SIM-kaarten (Subscriber Identity Module). De SIM-kaart bevat naast het mobiele telefoonnummer onder andere een International Mobile Subscriber Identity (IMSI). Hiermee wordt de abonnee binnen het netwerk geïdentificeerd. Door gebruik te maken van een dergelijke kaart is de bereikbaarheid niet meer gekoppeld aan één enkel vastgelegd toestel. Het vormt dus in feite de basis voor persoonsgebonden communicatie.

De opbouw van een IMSI wordt gespecificeerd door ITU-T Aanbeveling E.212. De opbouw van een dergelijk nummer is gegeven in de volgende afbeelding.

Opbouw van een IMSI.

Een IMSI bestaat uit drie delen: een Mobile Country Code (MCC) waarmee een land wordt geïdentificeerd, een Mobile Network Code (MNC) waarmee een operator wordt geïdentificeerd en een Mobile Station Identification Number (MSIN) om de abonnee te identificeren.

De Mobile Country Code van Nederland is 204. De Mobile Network Codes van de verschillende operators staan in onderstaande tabel.

Operator	MCC en MNC
T Mobile Netherlands	204 16
Orange	204 20
KPN	204 08
Vodafone	204 04
Telfort	204 12